Ochtendnevel en mist
Vrieeend,
‘Na het optrekken van ochtendnevel en mist verwachten we vandaag een…’. En toen viel de radio uit en wist ik niet wat ik mocht verwachten. Een leuke verrassing? Een onaangekondigd bezoek? Een natuurramp? Ik heb er het raden naar. Maar zolang je niet weet wat je mag verwachten, is alles mogelijk. Laten we onze geest openhouden.
Wat ik wel weet is dat we in die tijd van het jaar zijn aanbeland: ochtendnevel, mist, noten en bospaddestoelen. En met wat geluk gooien we er, voor de herfst echt begint, nog een mooie Joe Dassin tegenaan als je weet wat ik wil zeggen.
Ik ging naar de groentemarkt om een voorraadje in te slaan. Ik heb me daar tijdens het zomerseizoen wat van weggehouden omdat ik weet wat ik mag verwachten op de groentemarkt: een drom bezwete toeristen die elke kraam bekijken, niet echt zinnens zijn om veel te kopen maar er een vals genoegen in scheppen om je voor de voeten te lopen. Het zal wel aan mij liggen. Maar toch.
Indien ik een zigzaggend schoothondje zou hebben, ik zou het niet meenemen naar de markt bijvoorbeeld. Indien ik mijn buurvrouw mijn leven zou willen vertellen, ik zou het niet doen op een plek waar ik een opstopping veroorzaak. Indien ik een klein meisje had dat luid jengelend in het midden van de straat gaat liggen spartelen omdat zij absoluut dat roze sacosheke wil hebben, ik zou haar even op de stoep parkeren. Maar wie ben ik? Een eenzame roepende in de woestijn.
Nu we in de noten- en bospaddenstoelentijd zitten, is het een beetje rustiger op de groentemarkt. Ik gebruik nog steeds zoveel mogelijk sluipwegen om op mijn geplande bestemming te geraken, daar niet van. Want hoedjes, armbandjes en dameskleren moet ik niet hebben. Groenten en olijfolie, daar ga ik voor. Ik doe zelfs een kleine omweg via achterafsteegjes zoals de Rue du Collège en de Rue du Torrent d’Etienne om zo uit te komen op de hoek van de Avenue Allongue met de Boulevard de la République. Daar staat namelijk de kraam van een lokale boer die zijn cliënteel probeert te verleiden met wat hij heeft geoogst in de afgelopen dagen. Zijn tomaten zien er niet uit maar compenseren dit ruimschoots met smaak. Idem voor de rode pepers, de wortelen, de aubergines en de courgettes. Ik vul mijn mand, gooi er nog een zoete aardappel bij en graai wat vers geplukte “sanguines” mee. Ik reken af en duizel van de prijs. Omdat het zo weinig is, bedoel ik. Hoe doen die mensen dat?
Ik passeerde nog snel bij de kraam van Daniel d’Urso, de olijfboer van Lorgues. Zijn Vierge Extra de Catégorie Superieur (Médaille d’Argent 2021) is niet goedkoop maar ik voel me niet bekocht. ‘Proeven?’, vraagt de dame. ‘Neen, danku’, zeg ik, ‘Ik ken je product. Ik heb er al bijna een hele fles van achterover geslagen maar wil niet het risico lopen om zonder te vallen. Ik schuif straks een groenteschotel in de oven en daar zal een flinke scheut van jullie olijfolie niet bij misstaan’. ‘U bent een kenner’, zegt de dame. Dat is een verkoopspraatje, ik weet het, maar ik neem het complimentje met een glimlach in ontvangst.
Voor een kipfilet liep ik langs bij de beenhouwerij, schuins over mijn deur. ‘Eén filetje maar?’, vroeg de slagersvrouw, ‘Ne man alleen zeker? Ik heb een paar vriendinnen die…’. ‘Geef me maar twee stuks’, onderbrak ik haar snel. Ze zweeg beteuterd en keek me verder niet meer aan tot ik naar buiten stapte. Ik hoorde haar nog net mompelen, ‘Zie maar dat je genoeg buiten komt’. Maar het was zo binnensmonds dat ik het me evengoed kon hebben ingebeeld.
Ik laat hier misschien alweer een mooie kans uit handen gaan. Ik zal het nooit weten.
Het werd late namiddag en ik kon niet meer wachten. Ik klapte mijn laptop dicht en deed mijn kookschort aan. Dat is ook een beetje een rare tic van mij, ik kan niet koken zonder mijn kookschort. Het aantrekken van dit uniform geeft me het vertrouwen dat het lekker zal worden, zelfs al gaat het slechts om water aan de kook brengen om er een handvol capellini in te gooien.
Ik stalde mijn buit van de dag uit en begon eraan. Ik schikte de grof gehakte groenten in een grote ovenschotel en peuterde de humus uit de sanguines. Voor wie deze paddenstoel niet kent, ga er naar op zoek. Het is het moment.
Ik kruidde het geheel af met zwarte peperbolletjes, een beetje zout uit de Camargue, veel tijm, een snuif zachte curry en verdronk alles in olijfolie. De kleine aardappeltjes hield ik apart. Die gaan straks met rozemarijn, grof zeezout en alweer een scheut olijfolie in de pyrex. De kipfilet hield ik voor op het einde. De oven deed wat ik er mocht van verwachten en transformeerde de gaven van de natuur tot iets wat kleine nucleaire smaakexplosies in mijn mond teweegbrachten.
Uit mijn Yamahaspeakers weerklonk het "Sanctus de la Missa 'Mille Regretz'" uit Carlos V van de Capella Reial de Catalunya en de tranen liepen me over de wangen. Ik heb die cd al minstens duzend keer beluisterd maar ik zal er nooit genoeg van krijgen.
Wat was ik blij dat de ochtendnevel en mist waren opgetrokken want dit had ik niet verwacht vandaag. Pfffft...